Boost het zelfvertrouwen van je kind: praktische tips voor ouders

In een wereld die steeds verandert, is het belangrijk om onze kinderen niet alleen te voorzien van kennis en vaardigheden, maar ook met een solide basis van zelfvertrouwen. Zelfverzekerde kinderen zijn beter in staat om uitdagingen aan te gaan, zichzelf uit te drukken, om te gaan met tegenslagen en gezonde relaties op te bouwen. Ouders spelen een essentiële rol bij het werken aan dit zelfvertrouwen bij hun kinderen. In deze blog delen we acht waardevolle tips en strategieën die je kunt toepassen om het zelfvertrouwen van je kinderen te versterken.

1 – Laat je kind zijn eigen problemen oplossen

Kinderen lopen dagelijks tegen problemen aan. Denk aan het ruilen van speelgoed met vriendjes, waarvan het kind achteraf spijt heeft gekregen. Of hij is zijn schooltas kwijtgeraakt. Begeleid je kind bij het oplossen van deze problemen en los deze niet voor ze op. Train het probleemoplossend vermogen van je kind, door je kind eerst zelf goed over een oplossing na te laten denken. Als dit lastig gaat, kan je je kind ondersteunen door het noemen van een aantal opties. Zo ontwikkelt een kind ook veerkracht!

2 – De Sandwich Methode

Iedereen vindt het leuk om een complimentje of positieve feedback te krijgen. Door veel complimentjes te geven aan je kind, leert hij zijn kwaliteiten kennen en bouwt hij zijn zelfvertrouwen op. Dit betekent niet dat je geen kritiek of opbouwende feedback mag geven, omdat er ook geen onrealistisch zelfbeeld moet ontstaan. Kritiek kan juist helpen bij het leren reflecteren en dit moedigt ook de ontwikkeling van positief gedrag aan. Gebruik daarom de Sandwich Methode. Begin met een complimentje, noem dan je (negatieve) kritiekpunt. Een voorbeeld is wanneer je kind niet goed tegen zijn verlies kan. Zeg eerst dat hij super hard getraind heeft voor deze voetbalwedstrijd. Noem vervolgens dat het niet goed is om boos te worden tegen zijn tegenspelers. Eindig met iets positiefs, zoals dat hij een positieve en eerlijke jongen is, en dat dus ook mag zijn na een verloren wedstrijd.

3 – Laat je kind zijn mening geven en meebeslissen

Jijzelf als ouder neemt over het algemeen de beslissingen, maar je kan je kind hierbij betrekken door het vragen om zijn mening. Dit kan gaan om allerlei alledaagse beslissingen. Denk hierbij aan het kiezen van de kaart voor opa’s verjaardag of wat jullie die avond gaan eten. Het vragen naar de mening van je kind draagt bij aan zijn gevoel dat zijn mening ertoe doet. Soms kan je je kind ook de beslissing laten nemen, waardoor hij leert zelfstandig keuzes te maken.

4 – Leuke dingen doen

Laat je kind lekker spelen en sporten. Bij het spelen oefenen kinderen met sociaal gedrag, maar het is ook een vorm van ontspanning. Bij groepsactiviteiten kunnen kinderen leren om met elkaar om te gaan en met elkaar rekening te houden. Bij het sporten leren kinderen dat ze hard moeten werken om ergens beter in te worden.

5 – Samen werken aan het zelfvertrouwen

Ga eens een gesprek aan met je kind over zelfvertrouwen. Vraag hem om zijn zelfvertrouwen een cijfer te geven op een schaal van 1 tot 10. Bespreek samen wat dit cijfer betekent en hoe het zou zijn om een hoger cijfer te hebben. Kijk vervolgens of jullie tot leuke ideeën komen om te oefenen met zelfvertrouwen. Denk hierbij ook aan de andere tips in deze blog!

6 – Vraag je kind om hulp

Geef je kind verantwoordelijkheden en klusjes. Hiermee laat je aan je kind zien dat je hem vertrouwt. Ook bouwt hij aan zijn zelfvertrouwen en kan hij zichzelf (en jou!) laten zien wat voor mooie resultaten hij kan bereiken. Als zich een probleem voordoet, geef je je kind eerst de ruimte om zelf met een oplossing te komen.

7 – Trots op het resultaat

Laat je kind merken hoe trots je bent op zijn inzet en het resultaat wat hij hiermee heeft bereikt. Als je je kind verantwoordelijkheid hebt gegeven en het is hem gelukt, vier dit dan met iets positiefs. Vier ook de inzet van je kind, ook al is het resultaat niet gelukt. Hij mag zich ook trots voelen als hij hard heeft gewerkt. Dit geeft hem het zelfvertrouwen om het de volgende keer opnieuw te proberen.

8 – Van negatieve gedachten naar positieve gedachten

Negatieve gedachten die kinderen bang en verdrietig maken noemen we ‘prut-gedachten’. Deze prut-gedachten willen we omzetten in positieve gedachten, de ‘prima-gedachten’. Voorbeelden van prut-gedachten zijn ‘ik kan het niet’ en ‘ik ben er slecht in’. Deze prut-gedachten zorgen ervoor dat je kind ook niet meer wil oefenen om het te verbeteren, omdat hij er zo tegenop gaat zien. Ga met je kind kijken of jullie deze prut-gedachte samen kunnen omzetten in een prima-gedachte. Ga eerst bij je kind na of de prut-gedachte ook echt klopt (misschien is hij er helemaal niet zo slecht in als hij dacht), en geef er vervolgens een positieve draai aan! Een voorbeeld: van ‘Ik kan echt niet rekenen’ naar ‘Ik kan best goed rekenen, maar daar heb ik iets meer tijd voor nodig.’

Wil je samen verder werken aan het zelfvertrouwen van je kind? Vraag een vrijblijvend adviesgesprek aan!

Scroll to Top